Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Italiaans Nederlands
  • buono / a = lekker, goed
  • oggi = vandaag
  • il formaggio = de kaas
  • il pomodoro = de tomaat
  • le lasagne = de lasagne
  • il peperone = de paprika
  • il pane = het brood
  • il pesce = de vis
  • la pesca = de perzik
  • il dessert = het dessert
  • niente = geen, niets
  • pesante = zwaar
  • troppo = te (veel)
  • dolce = zoet
  • freddo / a = koud
  • proprio = echt, werkelijk
  • piccante = pittig, pikant
  • cotto / a = gekookt, gebakken
  • la bistecca = het lapje rundvlees
  • il salame = de salami
  • il pranzo = de lunch
  • la cena = het avondeten
  • il menu = de menukaart
  • l'anno = het jaar
  • il piatto = het gerecht, het bord
  • secondo / a = tweede
  • la carne = het vlees
  • il contorno = het bijgerecht
  • la verdura = de groente
  • la patata = de aardappel
  • bere = drinken
  • da bere = te drinken
  • il litro = de liter
  • il latte = de melk
  • il chilo = de kilo