Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Vraag Antwoord
  • aardverschuiving = Onder invloed van de zwaartekracht komt een grote massa grond en/of stenen als één geheel van een helling naar beneden.
  • bergstorting = Een catastrofale vorm van een puinlawine, waarbij door inwendige breuken in het gesteente in één keer een partij grote rotsblokken met grote snelheid naar beneden stort.
  • caldera = Enorme komvormige krater die ontstaat doordat bij een grote eruptie de vulkaankegel is weggeblazen of de magmakamer is ingestort.
  • effusief vulkanisme = Vulkanische uitbarsting met zeer vloeibaar magma met weinig gas, dat rustig over een grote afstand uitstroomt voordat het stolt.
  • epicentrum = De plaats aan het aardoppervlak die recht boven de plaats van de aardbeving in de aardkorst ligt.
  • eruptie = Vulkaanuitbarsting.
  • gloedwolk = Een enorm hete wolk van gassen, lavadruppels, as en puin die met hoge snelheid over de vulkaanhelling naar beneden raast en alles op zijn weg verbrandt, nadat de aswolk is ingestort.
  • herbebossing = Het opnieuw aanplanten van bomen op bijvoorbeeld een kale berghelling.
  • humanitaire ramp = Ramp waarbij veel mensen in een rampgebied langdurig geen voedsel, drinkwater en onderdak hebben en waarbij besmettelijke ziekten uitbreken.
  • hypocentrum = Plaats van de aardbeving in de aardkorst.
  • lawine = Plotseling vallende ijs-, sneeuw- en/of gesteentemassa's, die meestal voorkomen in de steile delen van hooggebergten.
  • modderstroom = Mengsel van water, grond en puin dat een helling afstroomt.
  • natuurramp = Een ramp met natuurlijke oorzaken en met ernstige gevolgen voor mensen.
  • orkaan = Tropische storm met minimaal windkracht 12.
  • puinlawine = Een plotseling vallende gesteentemassa van verweringspuin.
  • schaal van Richter = Een indeling die met een cijfer de kracht van een aardbeving aangeeft.
  • sneeuwlawine = Een plotselinge verschuiving van sneeuw langs een berghelling.
  • stollingsgesteente = Een gesteentesoort die ontstaat door afkoeling van vloeibare lava.
  • tropische storm = Tropisch lagedrukgebied met minimaal windkracht 8.
  • tsunami = Vloedgolf die door een aardbeving ontstaat aan de kust of in een oceaan.