auflösen aufwachen beruhigen
brechen entfernen feststellen
leiden pflegen rauchen
fallen / stürzen wirken behindert
beinahe / fast künstlich medizinisch
nötig notwendig wach
Ich fühle mich nicht wohl. Was fehlt dir? krank werden
ein Kind retten ins Krankenhaus gebracht werden
zum Zahnarzt gehen das Bedürfnis die Behandlung
kalmeren wakker worden oplossen (tablet in water)
vaststellen / constateren verwijderen breken
roken verzorgen lijden
gehandicapt werken / effect hebben (medicijnen) vallen
medisch kunstmatig bijna
wakker noodzakelijk nodig
ziek worden Wat mankeert je? Ik voel me niet goed.
gebracht worden naar het ziekenhuis een kind redden
de behandeling de behoefte naar de tandarts gaan
das Fieber die Gesundheit die Krankheit
der Mangel das Mittel die Mittel
der Patient die Patienten die Ruhe
die Schmerzen der Tod die Untersuchung
die Verletzung der Zustand
de ziekte de gezondheid de koorts
de middelen het middel het gebrek
de rust de patiënten de patiënt
het onderzoek de dood de pijn
de toestand de verwonding / de blessure