Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Duits Nederlands
  • der Unterricht = het onderwijs
  • der Kindergarten = de kleuterschool
  • die Grundschule = de basisschool
  • die Realschule = de havo
  • die Hauptschule = het vmbo
  • das Gymnasium = het vwo
  • der Schüler = de leerling
  • der Stundenplan = het lesrooster
  • das Fach = het vak
  • die Mathematik (Mathe) = de wiskunde
  • die Physik = de natuurkunde
  • die Geschichte = de geschiedenis
  • die Aufgabe = de opdracht
  • die Übung = de oefening
  • die Formel = de formule
  • die Summe = de som
  • der Aufsatz = het opstel
  • das Beispiel = het voorbeeld
  • das Wissen = de kennis
  • das Zeugnis = het rapport
  • die Tafel = het schoolbord
  • verstehen = begrijpen
  • beibringen = bijbrengen / leren
  • berechnen = berekenen
  • mitmachen = meedoen
  • sich merken = onthouden
  • einfach = eenvoudig
  • schwierig = moeilijk