Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Duits Nederlands
  • aufhören = ophouden / stoppen
  • bewundern = bewonderen
  • empfehlen = aanbevelen / aanraden
  • entsprechen (+3) = overeenkomen met
  • erzeugen = veroorzaken / doen ontstaan
  • wagen / sich trauen = durven
  • zählen = tellen
  • zögern = aarzelen
  • zuhören = luisteren
  • angeblich = zogenaamd / naar verluid
  • begeistert = enthousiast
  • damals = destijds / toen
  • dennoch = doch
  • deswegen = daarom
  • etwa = soms / misschien
  • in diesem Fall = in dit geval
  • heutzutage = tegenwoordig
  • irgendwann = op één of ander moment
  • (all)jährlich = jaarlijks
  • je(mals) = ooit
  • kulturell = cultureel
  • künftig = in de toekomst / toekomstig
  • künstlerisch = artistiek / kunstzinnig
  • mittlerweile = inmiddels
  • langfristig = op de lange termijn
  • längst = al lang
  • niemals = nooit
  • täglich = dagelijks
  • trotzdem = desondanks
  • Üblich = gebruikelijk
  • völlig / total verrückt = volslagen gek
  • vorhanden = beschikbaar / aanwezig
  • in etwa einer Woche = over ongeveer een week
  • zwar = wel(iswaar)
  • Zugabe! Zugabe!' = We want more / we want more!'
  • (Beifall) klatschen = klappen / applaudisseren
  • der Applaus / der Beifall = het applaus
  • die Begeisterung = het enthousiasme
  • der Chor = het koor
  • der Einfluss = de invloed
  • das Ereignis = de gebeurtenis
  • die Ereignisse = de gebeurtenissen
  • die Erwartung = de verwachting
  • die Erwartungen = de verwachtingen
  • der Höhepunkt = het hoogtepunt
  • die Jugend = de jeugd
  • die Jugendlichen = de jongeren
  • der Künstler = de kunstenaar / de artiest
  • die Künstler = de kunstenaars / de artiesten
  • das Orchester = het orkest
  • das Publikum = het publiek
  • der Wunsch = de wens
  • die Wünsche = de wensen
  • der Zuhörer = de luisteraar
  • die Zuhörer = de luisteraars