NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Duits
TrabiTour
vmbo gt-havo 2e editie
Arbeitsbuch E, Kapitel 14, Aufgabe 10.2
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Duits
Nederlands
das Theaterstück
=
het toneelstuk
die Aufführung
=
de uitvoering
die Bühne
=
het toneel
die Ausstellung
=
de tentoonstelling
die Vorspeise
=
het voorgerecht
das Hauptgericht
=
het hoofdgerecht
die Nachspeise
=
het nagerecht
der Kellner
=
de ober
die Kellnerin
=
de serveerster
das Trinkgeld
=
de fooi
spannend
=
spannend
witzig
=
grappig
schön
=
mooi
süß
=
lief, zoet
blöd
=
stom
kindisch
=
kinderachtig
komisch
=
merkwaardig, raar
(un)realistisch
=
(on)realistisch
romantisch
=
(on)werkelijk
Ich möchte
=
romantisch
Ich finde … doof.
=
Ik wil graag
Das fi nde ich auch.
=
Ik vind … stom.
Nein, absolut nicht.
=
Dat vind ik ook.
Das glaube ich schon (nicht).
=
Nee, absoluut niet.
Das weiß ich nicht.
=
Dat denk ik wel (niet).
Damit bin ich (nicht)
=
Dat weet ik niet.
einverstanden.
=
Daarmee ben ik het
Das stimmt nicht.
=
(niet) eens.
Da bin ich mir nicht
=
Dat klopt niet.
sicher.
=
Dat weet ik niet zeker.