Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Duits Nederlands
  • gleichzeitig = tegelijkertijd
  • die Werbung = de reclame
  • nennen = noemen
  • genannt = genoemd
  • herstellen = produceren
  • hilfsbereit = hulpvaardig
  • wöchentlich = wekelijks
  • behilflich = behulpzaam
  • die Glotze = de tv
  • ebenfalls = eveneens
  • der Spaßvogel = de grapjas
  • tatsächlich = inderdaad
  • das Versprechen = de belofte
  • pflegen = verzorgen
  • das Risiko = het risico
  • die Risiken = de risico's
  • die Nebenwirkungen = de bijwerkingen
  • der Anführer = de leider / de aanvoerder
  • einzigartig = uniek
  • laut = hard
  • leise = zacht
  • die Familie = het gezin
  • aufwachsen = opgroeien
  • sich trauen = durven
  • der Rechtsanwalt = de advocaat
  • achten auf = letten op
  • benutzen = gebruiken
  • veröffentlichen = openbaar maken
  • verstecken = verstoppen
  • sich lohnen = de moeite waard zijn
  • die Leistung = de prestatie
  • verschlechtern = slechter worden
  • die Note = het cijfer
  • sich unterhalten = met elkaar praten
  • die Deutschkenntnisse = de kennis van het Duits