Duits : Nederlands
der Bildschirm = het beeldscherm
chatten = chatten
der Computer = de computer
einloggen = inloggen
die E-Mail = de e-mail
das Handy = het mobieltje
das Internet = het internet
die Maus = de muis
das Passwort = het wachtwoord
simsen = sms'en
die SMS = het sms'je
die Tastatur = het toetsenbord
die Taste = de toets
twittern = twitteren
die Webseite = de website
die Ansage = het omroepbericht
sich entspannen = zich ontspannen
fernsehen = televisiekijken
der Fernseher = het televisietoestel
der Moderator = de presentator
senden = uitzenden
das Plakat = het aanplakbiljet
die Sprache = de taal
die Zeitschrift = het tijdschrift
die Zeitung = de krant
die Komödie = de komedie
der Krimi = de detectivefilm
die Nachrichten = het journaal
der Schauspieler = de toneelspeler
die Soap = de soap
die Sportsendung = het sportprogramma