NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Duits
Malmberg
Taalblokken Duits
A1-A2 Werkboek en Online
TBDU-A2-K11-04 Schreiben
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Duits
Nederlands
das Fundbüro
=
het bureau gevonden voorwerpen
das Lineal
=
de liniaal
das Portmonee
=
de portemonnee
der Bleistift
=
het potlood
der Kugelschreiber
=
de balpen
der Radiergummi
=
de gum
der Rucksack
=
de rugzak
der Spitzer
=
de puntenslijper
die Federtasche
=
het etui
die Schere
=
de schaar
die Sporttasche
=
de sporttas
ein besonderes Kennzeichen
=
een speciaal kenmerk
ein verlorener Gegenstand
=
een verloren voorwerp
Er geht zum Schalter.
=
Hij gaat naar het loket.
Mit einem Kugelschreiber kann man schreiben.
=
Met een balpen kun je schrijven.
radieren
=
gummen
Stifte spitzen
=
punten slijpen
unterstreichen
=
onderstrepen
Was befand sich in der Federtasche?
=
Wat zat er in het pennenetui?
zeichnen
=
tekenen
zurückbekommen
=
terugkrijgen
Die Glückwunschkarte
=
De felicitatiekaart
Alles Gute im neuen Lebensjahr!
=
Alle goeds in het nieuwe levensjaar!
Du hast Geburtstag.
=
Je bent jarig.
Mein herzliches Beileid!
=
Gecondoleerd!
Ich gratuliere dir zum Geburtstag!
=
Gefeliciteerd met je verjaardag!
Ich wünsche dir Gesundheit und viel Erfolg.
=
Ik wens je gezondheid en veel succes.
Man kann hier viel unternehmen.
=
Je kunt hier veel doen.
Viel Kraft!
=
Veel sterkte!
Die Urlaubsgrüße
=
De vakantiegroeten
Bis dahin
=
Tot dan
Bis dann
=
Tot straks / Tot zo
Bis demnächst
=
Tot binnenkort
der Fernsehturm
=
de televisietoren
der Gruß
=
de groet
Gruß / Grüße
=
Groet / Groeten
Herzliche Grüße aus Berlin
=
Hartelijke groeten uit Berlijn
Mach's gut/Macht's gut
=
Het ga je goed / Het ga jullie goed
Viele Grüße
=
Veel groeten
Wir haben eine gemütliche Unterkunft.
=
We hebben een gezellige accommodatie.