Duits : Nederlands Meine Ausbildung zum Dachdecker = Mijn opleiding tot dakdekker Ich mache eine Ausbildung zum Dachdecker. = Ik volg een opleiding tot dakdekker. Die Ausbildung dauert drei Jahre. = De opleiding duurt drie jaar. Ich arbeite in einem Betrieb. = Ik werk bij een bedrijf. Ich gehe gleichzeitig in die Berufsschule. = Ik ga tegelijkertijd naar het mbo. Ich bin im ersten Lehrjahr. = Ik zit in het eerste jaar van mijn opleiding. Ich bekomme monatlich 500 Euro Lehrlingsgehalt. = Ik krijg maandelijks 500 euro leerlingensalaris. Als Dachdecker fertigt man Dächer an. = Als dakdekker maak je daken. herstellen = maken, produceren die Arbeitszeiten = de werktijden Ein Dachdecker bearbeitet Holz und Metall. = Een dakdekker bewerkt hout en metaal. Man arbeitet auf vielen verschiedenen Baustellen. = Je werkt op veel verschillende bouwplaatsen. Man muss Dachfenster und Solarzellen installieren. = Je moet dakramen en zonnecellen installeren. Man muss Wände und Böden abdichten. = Je moet muren en vloeren afdichten. Man bringt Isolierungen an. = Je brengt isolatie aan. Man wartet und repariert Dächer. = Je onderhoudt en repareert daken. Maße berechnen = maten berekenen Man braucht auch Mathematikkenntnisse. = Je hebt ook wiskundige kennis nodig. Man muss auch flexibel sein. = Je moet ook flexibel zijn. Man muss auf Sicherheit achten. = Je moet op de veiligheid letten. Man muss sorgfältig arbeiten. = Je moet zorgvuldig werken. Technische Fähigkeiten sind wichtig. = Technische vaardigheden zijn belangrijk. darum / deshalb = daarom denn = want um = om weil = omdat die Breite = de breedte die Höhe = de hoogte die Länge = de lengte die Tiefe = de diepte einen Winkel berechnen = een hoek berekenen Können Sie mir das mal zeigen? = Kunt u dat even aan mij laten zien? Das ist die Haubrücke. = Dat is de houwbrug. eine Gerade und einen Bogen schlagen = een rechte lijn en een boog slaan Ich helfe dir mal dabei. = Ik help je er even mee. in der Mitte = in het midden Prima, du sitzt ja schon richtig. = Prima, je zit al goed. versuchen = proberen während = tijdens Wichtig ist, dass du ... = Belangrijk is dat je ... Tätigkeiten = werkzaamheden bohren = boren feilen = vijlen hobeln = schaven nageln = spijkeren sägen = zagen schleifen = schuren schrauben = schroeven warten / pflegen = onderhouden Eine E-Mail bearbeiten = Een e-mail bewerken eine E-Mail beantworten = een e-mail beantwoorden und verwendest du zum Kopieren. = en gebruik je om te kopiëren. und verwendest du zum Einfügen. = en gebruik je om te plakken. Alles klar? = Is alles duidelijk? Antworten, Weiterleiten, Drucken usw. kannst du oben rechts wählen. = Beantwoorden, doorsturen, afdrukken enz. kun je bovenin rechts kiezen. aus Versehen = per ongeluk das Blatt (Papier) = het vel (papier) Das funktioniert so. = Dat werkt zo. Dazu musst du die rechte Maustaste verwenden. = Daarvoor moet je de rechter muisknop gebruiken. Dazu musst du hier klicken. = Daarvoor moet je hier klikken. der Doppelklick = de dubbelklik Die ungelesenen E-Mails sind fettgedruckt. = De ongelezen e-mails zijn vetgedrukt. Du kannst das Programm über das Menü öffnen. = Je kunt het programma via het menu openen. Du klickst das Icon auf dem Desktop zweimal an. = Je klikt twee keer op het icoon op het bureaublad. Du musst die Mails archivieren. = Je moet de e-mails archiveren. Eine Anlage kannst du anklicken, dann wird sie gleich geöffnet. = Op een bijlage kun je klikken, dan wordt hij direct geopend. einmal anklicken = een keer klikken op erst = eerst gleichzeitig = tegelijkertijd, gelijktijdig immer = altijd immer wieder = telkens weer, steeds opnieuw jedes Mal = elke keer Mara beantwortet im Hostel auch E-Mails. = Mara beantwoordt in het hostel ook e-mails. Mara erklärt ihrer Kollegin, wie das neue E-Mail-Programm funktioniert. = Mara legt aan haar collega uit hoe het nieuwe e-mailprogramma werkt. Melde dich ruhig, wenn du noch eine Frage hast. = Trek gerust aan de bel als je nog een vraag hebt. nie, niemals = nooit Pass auf, dass du sie nicht löschst. = Pas op dat je ze niet verwijdert. später = later Speichern geht auch. = Opslaan kan ook. Wenn du etwas kopieren willst, dann funktioniert das wie in anderen Programmen. = Als je iets wilt kopiëren, dan werkt dat zoals in andere programma's. Zum Öffnen klickst du zweimal. = Om te openen, klik je twee keer. Zum Schließen klickst du links oben. = Om te sluiten, klik je linksboven. das Touchpad, de touchpads = het touchpad, de touchpads der Bildschirm, die Bildschirme = het beeldscherm, de beeldschermen der Computer, die Computer = de computer, de computers der Drucker, die Drucker = de printer, de printers der Kopierer, die Kopierer = het kopieerapparaat, de kopieerapparaten der Laptop, die laptops = de laptop, de laptops der Scanner, die Scanner = de scanner, de scanners der USB-Stick, die USB-Sticks = de usb-stick, de usb-sticks die CD-ROM, die CD-ROMs = de cd-rom, de cd-roms die DVD, die DVDs = de dvd, de dvd's die linke Maustaste = de linker muisknop die Tastatur, die Tastaturen = het toetsenbord, de toetsenborden