Duits : Nederlands die Besprechung, die Versammlung = het overleg, de vergadering die Besprechung eröffnen, die Versammlung eröffnen = de vergadering openen Was steht auf der Tagesordnung? = Wat staat er op de agenda? Das Protokoll wurde genehmigt. = De notulen zijn goedgekeurd. Wer protokolliert? = Wie gaat er notuleren? Der Vorschlag wurde bewilligt. = Het voorstel werd goedgekeurd. Wer macht einen Zeitplan? = Wie maakt er een tijdschema? Wir haben morgen eine Arbeitsbesprechung. = Wij hebben morgen werkoverleg. Wie informieren wir jeden? = Hoe brengen we iedereen op de hoogte? Wer hat noch etwas für die Rundfrage? = Wie heeft er nog iets voor de rondvraag? Der Vorsitzende schließt die Versammlung um 17.00 Uhr. Der Vorsitzende löst die Versammlung um 17.00 Uhr auf. = De voorzitter sluit de vergadering om 17.00 uur. die Werbeagentur = het reclamebureau der Inhaber, der Eigentümer = de eigenaar der Stand = de stand die Messe = de beurs vertreten sein = vertegenwoordigd zijn entwerfen = ontwerpen aufbauen = opbouwen austeilen = uitdelen der Werbeprospekt, das Werbeprospekt = de reclamefolder die Ausführung des Auftrages = de uitvoering van de opdracht einen Text abfassen, einen Text schreiben = een tekst schrijven der straffe Zeitplan = de strakke planning die Entwicklungshilfe = de ontwikkelingshulp den Termin wahrnehmen = hier: naar de afspraak komen Ich würde vorschlagen, wir machen uns erstmal miteinander bekannt, bevor wir zur Tagesordnung übergehen. = Ik stel voor dat we ons eerst eens aan elkaar voorstellen voordat we overgaan tot de agenda. verantwortlich sein für die Veröffentlichung = verantwoordelijk zijn voor de publicatie Ich freue mich auf eine gute Zusammenarbeit. = Ik verheug me op een goede samenwerking. Er wird sich mit der digitalen Präsentation des Kongresses beschäftigen. = Hij zal zich bezighouden met de digitale presentatie van het congres. Ich bin Geschäftsführer des Berliner Kongressbüros und werde dieser Versammlung vorsitzen. = Ik ben directeur van het Berliner Kongressbüro en zal deze vergadering leiden. Haben Sie alle meine E-Mail von letzter Woche vorliegen? = Heeft u allemaal mijn e-mail van vorige week voor u liggen? Sind Sie im Groben mit der Tagesordnung einverstanden? = Bent u het grofweg eens met de agenda? Ich denke, es wäre logischer, zuerst den Inhalt zu diskutieren und erst dann über die Finanzierung zu sprechen. = Ik denk dat het logischer zou zijn om eerst over de inhoud te discussiëren en pas dan over de financiering te praten. an erster Stelle stehen = op de eerste plaats komen, op de eerste plaats staan sich einig sein über = het eens zijn over die Argumentation = de argumentatie der Geldgeber = de geldschieter eine Grundlage haben, eine Basis haben = een basis hebben das Konzept vorstellen = het concept voorstellen, het ontwerp voorstellen Entschuldigung, darf ich hier mal kurz unterbrechen? = Sorry, mag ik hier even onderbreken? das Interview im Internet veröffentlichen = het interview op internet publiceren Kann Herr Korteweg dafür die Verantwortung übernehmen? = Kan de heer Korteweg dat voor zijn rekening nemen? Eine kleine Gedankenstütze kann nie schaden. = Een geheugensteuntje kan nooit kwaad. die Aussage = hier: de uitspraak anhand Ihrer Notizen = aan de hand van uw aantekeningen in den nächsten Tagen = hier: een dezer dagen Kontakt aufnehmen mit = contact opnemen met die Botschaft = de ambassade den Finanzplan erstellen = het financieel plan opstellen weiterleiten = doorsturen sich kümmern um = zorgen voor, zich bekommeren om einen Termin festlegen = hier: een deadline vastleggen Die Zeit drängt. = De tijd dringt. Das schaffe ich bis zum Monatsende. = Dat lukt me voor het eind van de maand. Dat krijg ik voor het eind van de maand voor elkaar. buchen = boeken die Kalenderwoche = de kalenderweek Das Interview findet statt. = Het interview vindt plaats. Het interview heeft plaats. den Kontakt pflegen, Kontakt halten = het contact onderhouden abstimmen = afstemmen der Zettel = het briefje erledigen = afhandelen