NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Duits
De Uitgeversgroep
Duits B1 voor Horeca
B1 - Deel Horeca - 1e editie
HO Duits B1 Hoofdstuk 4
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Duits
Nederlands
absolviert
=
geslaagd
die Anforderung
=
het vereiste
das Angebot
=
het aanbod
die Anlage
=
de installatie
die Anzeige
=
de vacature (advertentie)
die Aufgabe
=
de taak / het werk
die Ausbildung
=
de opleiding
ausgezeichnet
=
uitstekend
das Ausland
=
het buitenland
AZUBI (Auszubildender)
=
gezel (leerling in een bedrijf)
der Bereich
=
de sector, het onderdeel
die Bereitstellung
=
het klaarzetten
die Berufsschule
=
de vakschool of het ROC
die Bewerbungsmappe
=
de sollicitatiemap
deshalb
=
daarom
dürfen
=
mogen
die Einladung
=
de uitnodiging
der Einsatzort
=
plaats waar je werkt
einstellen
=
aanstellen (aannemen)
die Einzigartigkeit
=
het unieke
der Empfangsmitarbeiter
=
de receptionist
erforderlich
=
vereist
erledigen
=
afhandelen
existierend
=
bestaand
die Fähigkeit
=
de vaardigheid
die Ferien / der Urlaub
=
de vakantie
die Fremdsprachenkenntnisse
=
kennis van vreemde talen
die Gästebetreuung, die
=
de zorg voor gasten
geehrter, geehrte
=
geachte
haargenau
=
precies
kostenfrei
=
gratis
die Küche
=
de keuken
die Kundenbetreuung
=
het klantenbeheer
kundenorientiert
=
klantgericht
der Lebenslauf
=
de c.v.
die Leistung
=
de prestatie
die leistungsgerechte Entlohnung
=
loon naar werken
das Lichtbild
=
de foto
mitgestalten
=
meevormen
nächstmöglich
=
eerstvolgend
notwendig
=
noodzakelijk
der (die) Praktikant(in)
=
de stagiair(e)
das Praktikum
=
de stage
reibungslos
=
probleemloos
die Stelle
=
de vacature
u.s.w. (und so weiter)
=
enz. (enzovoorts)
der Űberblick, der
=
het overzicht
überzeugt
=
overtuigt
unmittelbar
=
direct
die Unterstützung
=
de ondersteuning
die Verfügung
=
de beschikking
vermitteln
=
bemiddelen, helpen aan
die Vertragsbedingung
=
de contractbepaling
die Verwaltung
=
de administratie
vierjähriges
=
vierjarig
vorführen
=
vertonen / laten zien
das Vorstellungsgespräch,
=
het sollicitatiegesprek
vorweisen
=
aantonen
wünschenswert
=
preferabel, gewenst
z. B. (zum Beispiel)
=
bijv. (bijvoorbeeld)
zurzeit
=
op dit moment
zuverlässig
=
betrouwbaar