NL
EN
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Duits
Stercollectie
Lijsten
Reisen & Verkehr - Aussagen C2
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Duits
Nederlands
Wann gehen Sie in die Ferien?
=
Wanneer gaat u met vakantie?
Wann gehen Sie in / auf Urlaub?
=
Wanneer gaat u met vakantie?
Wir nehmen unser Privatauto mit in den Urlaub.
=
Wij nemen onze privé auto mee op vakantie.
Sie arbeitet als Reiseführerin.
=
Zij werkt als reisleidster.
Sie könnten auch per Schiff nach Athen reisen, das ist billiger!
=
U kunt ook per schip naar Athene reizen, dat is goedkoper.
Das Schild zeigt Halten verboten.
=
Het bord geeft aan dat liften verboden is.
Diese Stadt ist wirklich sehenswert.
=
Deze stad is werkelijk het zien waard.
Bitte bleib da vorne an der Ampel stehen!
=
Blijf aub daarvoor bij het stoplicht staan.
Das liegt in der Umgebung von Wien.
=
Dat ligt in de omgeving van Wenen.
Wir haben uns verirrt!
=
Wij hebben ons vergist.
Dieses Zeichen bedeutet Parkverbot.
=
Dit teken betekent parkeerverbod.
Wir wandern gern in den Alpen.
=
Wij wandelen graag in de alpen.
Auf dem Campingplatz schlafen wir im Zelt.
=
Op de camping slapen we in de tent.
Wir fahren immer mit dem Wohnwagen in Urlaub.
=
Wij gaan met de caravan op vakantie.
Herzlich willkommen bei uns!
=
Hartelijk welkom bij ons.