ankle

bracelet around my ankle,

(to) blame (to) bleed
(to) bruise (a) cause (to) cheer
(to) congratulate court cramp
(a) cure (a) cut decision

decision

disabled list freak out

to freak out

infection
injury (to) inspire (to) lose

You're gonna lose it.

nurse opponent (a) practise
referee (to) seal shiner
solution (to) sprain stitches
bloeden de schuld geven enkel
toejuichen oorzaak kneuzen
kramp baan, zaal feliciteren
beslissing

beslissing / besluit

snee behandeling, geneesmiddel
infectie zich opwinden

zich opwinden

blessurelijst
verliezen

verliezen

inspireren blessure
training tegenstander verpleegster
blauw oog dicht maken scheidsrechter
hechtingen verstuiken oplossing
superglue (a) tie tooth

My tooth broke off.

(to) twist unconscious unwise
victory (to) whine X-ray
tand

Mijn tand brak af.

gelijkspel zeer sterke lijm
onverstandig bewusteloos verrekken
röntgenfoto zeuren overwinning