Engels : Nederlands
performer / [artist] = artiest
award = prijs
crazy = maf / [gek]
favourite = favoriete
female = vrouwelijke
Mr. Carter, here is a three-column [headline] in the Chronicle. = krantenkop
including = inclusief
male = mannelijke
music = muziek
Do you read the [newspaper]? = Lees jij de [krant]?
planet = planeet
record = plaat
show = show
voice / [vote] = stem
(to) vote = stemmen
(to) act = acteren
lovely / [beautiful] = mooi
(to) perform / act = optreden
(to) play the drums = drummen
(to) play the piano = pianospelen
singer = zanger(es)
I don't think it would be [smart] to spend all your money on sweets.. = Ik denk niet dat het [slim] is om al je geld uit te geven aan snoep.
terrible, terribly = verschrikkelijk, erg slecht
tired = moe
[wonderful] / beautiful = prachtig
(to) advise = adviseren
amazing = verbazingwekkend
cautious / [careful] = voorzichtig
(to) damage = beschadigen
to [get hurt] = gewond raken
headphones = hoofdtelefoon
(to) hear = horen
Like you, I was forced [to learn] = leren
Sookie, [listen] for me. = luisteren
loud = luid
[sound] / audio = geluid
to [turn down] = omlaag doen
volume = volume, geluid
wrong = verkeerd
best = (de) beste
better = beter
famous = beroemd
nice = aardig / leuk
popular = populair
worse = slechter
worst = (de) slechtste
copy = overschrijven / [exemplaar]
genre = genre, soort
listener = luisteraar
mostly = meestal
often = vaak
rhythm = ritme
fantastic = fantastisch
lyrics = songtekst
collection = collectie / [verzameling]
(to) include / [(to) contain] = bevatten
(to) release = uitbrengen
The Rattrays. They're gonna drain him and [sell] his blood. = verkopen
song = lied
success = succes
such as / like = zoals
title = titel
[voice] / vote = stem
wicked = gaaf
concert = concert
instrument = instrument
is a must-have = moet je hebben
really = echt
I have two bus [ticket]s. = kaartje