Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • family = familie
  • look = kijk
  • this = dit
  • a = een
  • photograph = foto
  • it = het
  • old = oude
  • ten = tien
  • year(s) = jaar
  • ago = geleden
  • all the way = helemaal
  • left = links
  • see = ziet
  • father = vader
  • next to = naast
  • is standing = staat
  • mother = moeder
  • parents = ouders
  • have = hebben
  • three = drie
  • children = kinderen
  • two = twee
  • boys = jongens
  • and = en
  • one = één
  • girl = meisje
  • sons = zonen
  • daughter = dochter
  • boy = jongen
  • that = dat
  • behind = achter
  • me = mij
  • brother = broer
  • to the right = rechts
  • sister = zus