Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • airplane = vliegtuig
  • our = ons
  • departure = vertrek
  • present = aanwezig
  • besides = bovendien
  • parking = parkeren
  • problem = probleem
  • from (somewhere) = vanuit
  • never = nooit
  • later = later
  • arrive = (aan)komen
  • faster = sneller