NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Engels
Boom
Delftse Methode
Deel Basiscursus 2
Hoofdstuk 11.1 - Kleren
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Engels
Nederlands
fat
=
dik
thin
=
dun
clothes
=
kleding
seasons
=
seizoenen
changes
=
verandert
daily
=
dagelijks
in summer
=
zomers
put on
=
trek
summer clothing
=
zomerkleren
thick
=
dikke
warm
=
warme
less thick
=
dunnere
wear
=
dragen / aantrekken / trekken
raincoat
=
regenjas
in the morning
=
s morgens
cool
=
fris
dressed
=
gekleed
fit
=
passen / past
trousers
=
broek
tight
=
strak
bigger
=
grotere
size
=
maat
hear
=
hoor
wardrobe
=
kast
is full
=
hangt