NL
EN
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Engels
Boom
Opmaat reeks
Deel Van start
Hoofdstuk 8 - Gezondheid
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Engels
Nederlands
to put on
=
aantrekken
to breathe
=
ademen
advice
=
advies
lastprevious
=
afgelopen
to pick up/to collect
=
afhalen / ophalen
to finish/to complete
=
afmaken
already
=
al
emergency number
=
alarmnummer
both
=
allebei
ambulance
=
ambulance
else/otherwise
=
anders
antibiotics
=
antibiotica
chemist's shop
=
apotheek
chemist
=
apotheker / drogist
Get wel soon!
=
beterschap!
instruction leaflet
=
bijsluite
side effect
=
bijwerking
te stay
=
blijven
shopping bag
=
boodschappentas
fire brigade
=
brandweer
belly ache
=
buikpijn
consultation
=
consult
cream/ointment
=
crème
after that/next
=
daarna
to close/to shut
=
dichtdoen
doctor's assistant/medical receptionist
=
doktersassistent
to refer
=
doorverwijzen
dose
=
dosis
to turn
=
draaien
press/push
=
druk
drop
=
druppel
to drip/to insert drops
=
druppelen
clear/obvious
=
duidelijk
real/really
=
echt
ankle
=
enkel
to admit/to acknowledge
=
erkennen
just/a moment
=
even
small bottle
=
flesje
physiotherapist
=
fysiotherapeut
broken
=
gebroken
bruised
=
gekneusd
ago
=
geleden
happy/fortunate/fortunately
=
gelukkig
medicine
=
geneesmiddel / medicijn
to cure
=
genezen
fallen
=
gevallen
feeling/sensation
=
gevoel
healthy
=
gezond
healthier
=
gezonder
health care/health service
=
gezondheidszorg
flu/influenza
=
griep
to recognize
=
herkennen
cough drops
=
hoestdrank
headache
=
hoofdpijn
family doctor
=
huisarts
family doctor's practice
=
huisartsenpraktijk
help
=
hulp
emergency service
=
hulpdienst
indeed
=
inderdaad
information
=
informatie
to take
=
innemen
instruction
=
instructie
complaint
=
klacht
fever
=
koorts / verhoging
medicine cure
=
kuur
came
=
kwam
to drop by/to visit
=
langskomen
to drink
=
leegdrinken / opdrinken
part of the body
=
lichaamsdeel
left
=
links
succeeds/is successful
=
lukt
to take with you/to take along
=
meenemen
sick
=
misselijk
moment
=
moment
to need/to be necessary
=
nodig hebben
to examine/to investigate
=
onderzoeken
accident
=
ongeluk
approximately/about
=
ongeveer
infection
=
ontsteking
earache
=
oorpijn
to phone/to call
=
opbellen
to open
=
opendoen
to clean up/to clear away
=
opruimen
to sniff up/to inhale
=
opsnuiven
to get up
=
opstaan
to take over
=
overnemen
to get/to fetch
=
pakken
pain
=
pijn
to hurt
=
pijn doen
brushes
=
poetst
police
=
politie
small pump
=
pompje
programme
=
programma
point
=
punt
prescription/recipe
=
recept
receptionist
=
receptioniste
right
=
rechts
since
=
sinds
to succeed/to pass
=
slagen
to swallow
=
slikken
to grease/to rub
=
smeren
cut
=
snee
muscular pain/sore muscles
=
spierpijn
to practise a sport/to do a sport
=
sporten
spray
=
spray
to rise/to go up
=
stijgen
to stop
=
stoppen
to come back/to return
=
terugkomen
satisfied/content
=
tevreden
to marry/to get married
=
trouwen
to invite
=
uitnodigen
to sleep long
=
uitslapen
by itself/automatically
=
vanzelf
bandage
=
verband
further
=
verder
having a cold
=
verkouden
cold
=
verkoudheid
saw
=
zag
to go down/to fail
=
zakken
ointment/salve
=
zalf
to register
=
zich inschrijven
to feel
=
zich voelen
see
=
zie
heavy
=
zwaar
trouble/problem
=
aan de han
well/ healthy
=
lekker
hurting/painful
=
zeer
to dissolve
=
oplossen
tablet/pill
=
tablet
to pass away/to wear off
=
overgaan
congested
=
verstopt
rest
=
rust
miserable/sick
=
beroerd
switch off
=
uitzetten
trouble
=
last
take off / switch off/turn off
=
uitdoen
burning
=
branderig
special
=
bijzonders / speciaals
urgent/emergency
=
spoedeisend
a few hours later today/later today
=
straks
eardrops
=
oordruppel
support bandage
=
steunverband
fell
=
viel
to overload
=
belasten
weak
=
zwakke
get down, swallow
=
binnenkrijgen
effervescent tablet
=
bruistablet
stomach pill
=
maagtablet
nose spray
=
neusspray
to syringe
=
uitspuiten
hospital
=
ziekenhuis