- Engels Nederlands
- amenities = faciliteiten
- annoying = vervelend
- as agreed upon = zoals afgesproken
- attract (to) = aantrekken
- availability = beschikbaarheid
- benefit = voordeel
- chocolates = bonbons
- come up with (to) = bedenken
- conditions = voorwaarden
- confirm (to) = bevestigen
- considerable = aanzienlijk
- core business = kernactiviteit
- design brand = designmerk
- during = gedurende
- enjoy (to) = genieten
- entirely = volledig
- family-oriented = gericht op gezinnen
- favour = gunst
- features = herbergt
- figures = cijfers
- fully equipped gym = volledig uitgeruste fitnessruimte
- knowledgeable = deskundig
- loud = luidruchtig
- manageable = uitvoerbaar
- meeting = bijeenkomst
- note pads = memo-/notitieblokken
- offer (to) = bieden
- package deal = arrangement
- position = vacature
- prime = top
- produce = producten
- rate = tarief
- recommend (to) = aanbevelen
- redecorate (to) / refurbish (to) = opknappen
- renovate (to) = renoveren
- share (to) = delen
- suggestion = voorstel
- toddler = peuter
- track down (to) = opsporen
- turnover = omzet
- voucher = tegoedbon