onderzoeken
|
les
|
pauze
|
sportzaal
|
mij in de weg lopen
|
uitgeput
|
optillen
|
instructeur / leraar
|
jezelf bezeren
|
oppikken / leren
|
buiten adem
|
eruitzien
|
ten minste / minstens
|
gewicht
|
puffen en hijgen
|
dingen die je wel en niet moet doen
|
kanker
|
tegen de tijd dat
|
echter / hoe dan ook
|
materiaal
|
pepmiddel
|
minder waarschijnlijk
|
nier
|
blessure
|
voorkómen
|
bloedneus
|
lever
|
spanning
|
strekken / rekken
|
zich verbeteren
|
kwalijk nemen
|
onder controle hebben
|
opletten
|
beheersen
|
aandoening / ziekte
|
bepaald / bepaalde
|
jezelf voor de gek houden
|
uiteindelijk
|
ontwikkelen
|
rapport
|
beïnvloeden
|
ruzie hebben
|
lijden aan
|
streng
|
ruzie
|
gekneusd
|
overgeven / braken
|
tienerjaren
|
gelukkig
|
huisartsenpraktijk
|
kruk
|
aantekening / briefje
|
rommelen
|
drukte maken
|
|
laten struikelen
|
receptioniste / receptionist
|