NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Engels
Malmberg
All right!
2e editie
All right2-2thv
AllRight2-2thv-H2-EN ->
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Engels
Nederlands
access to
=
toegang tot
aim
=
doel
bar
=
stang
casual
=
niet gepland
class
=
les
enrol
=
zich inschrijven voor
exception
=
uitzondering
get in shape
=
goede conditie opbouwen
join in
=
meedoen
muscular
=
gespierd
own
=
eigenaar zijn van
reach your goal
=
je doel bereiken
strap
=
riem / band
tanning
=
bruin worden
thigh
=
dijbeen
bend
=
buigen
collide with
=
in botsing komen met / botsen met
community centre
=
buurthuis
condition
=
aandoening / kwaal
cool down
=
afkoelen
crowd
=
menigte
effort
=
moeite / inspanning
exhausted
=
doodmoe / uitgeput
faithfully
=
trouw
in the long run
=
uiteindelijk
lean meat
=
mager vlees
raise
=
optillen / omhoog doen
replace
=
vervangen
support
=
steunen / ondersteunen
virtually
=
praktisch / bijna
whole grains
=
volkoren
be
=
zijn
buy
=
kopen
come
=
komen
do
=
doen
find
=
vinden
give
=
geven
go
=
gaan
have
=
hebben
hear
=
horen
know
=
weten
read
=
lezen
say
=
zeggen
sell
=
verkopen
speak
=
spreken
take
=
nemen
tell
=
vertellen
think
=
denken
understand
=
begrijpen
write
=
schrijven
attach
=
vastmaken
cliff
=
klip
crew member
=
bemanningslid
educate
=
opleiden
handle
=
handgreep
news bulletin
=
nieuwsbericht
overhead
=
boven je hoofd
overweight
=
te zwaar
plane ride
=
vlucht
reduce crime
=
verminderen
spring collar
=
knijpveer
tool
=
hulpmiddel
track
=
bijhouden / volgen
blurry
=
wazig
bruised
=
gekneusd
overdo
=
overdrijven
painkiller
=
pijnstiller
poisonous
=
giftig
shortly
=
gauw / snel / binnenkort
sting
=
steken / bijten
tingle
=
tintelen
vision
=
zicht / gezichtsvermogen