Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • autumn = herfst
  • award = prijs
  • certain = zeker
  • Europe = Europa
  • hug = knuffelen
  • leave / left = verlaten
  • left = verliet
  • mustard = mosterd
  • song = liedje
  • subject = onderwerp
  • surprise = verrassing
  • talk = praten
  • tear = traan
  • upset = van streek
  • winner = winnaar
  • act = acteren
  • breakfast = ontbijt
  • build = bouwen
  • built = bouwde / gebouwd
  • documentary = documentaire
  • father = vader
  • in love = verliefd
  • kiss = kussen
  • language = taal
  • series = serie
  • star = ster
  • TV guide = tv-gids
  • vote = stemmen
  • wall = muur
  • almost = bijna
  • coat = jas
  • organize = organiseren
  • plan = plannen