NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Engels
Malmberg
Of course!
Of course2-6vwo
Ofcourse2-6v-H7-EN ->
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Engels
Nederlands
aforementioned
=
bovengenoemd
to breed
=
veroorzaken / doen ontstaan
entrepreneur
=
ondernemer / zakenman die een bedrijf opricht
merger
=
fusie
to nurture
=
koesteren
stock
=
aandelen
stockbroker
=
effectenmakelaar
strained
=
gespannen
constituency
=
kiesdistrict
curriculum
=
vakkenaanbod / onderwijsprogramma
detention centre
=
opvangkamp voor illegalen
detention
=
opsluiting / opsluiting als straf
dispersal
=
verspreiding
to ensure
=
garanderen / verzekeren
to facilitate
=
vergemakkelijken
features
=
als speciaal kenmerk hebben
foreseeable
=
nabij
an influx of
=
toevloed
leafy
=
bosrijk
to manage
=
besturen
to opt for
=
kiezen
trial
=
proef- / proef
analogy
=
overeenkomst (tussen twee dingen) / overeenkomst
attainable
=
haalbaar / bereikbaar
backlash
=
reactie / verzet van veel mensen / verzet
boundless
=
grenzeloos
convention
=
congres / bijeenkomst
core
=
kern / hart
dispossession
=
onteigening
to encompass
=
bevatten (een groot aantal van iets) / bevatten
to erase
=
vernietigen / wegvagen
to erode
=
uithollen
gulf
=
kloof
indigenous
=
inheems
inequity
=
onrechtvaardigheid
laissez-faire
=
zonder veel regels / leven en laten leven
to lean towards
=
neigen naar (vooral m.b.t. mening) / neigen naar
to mar
=
iets goeds verstoren / verstoren / iets goeds bederven / bederven
to merge into
=
fuseren
migrant
=
migrant
to gather momentum
=
aan kracht winnen
to originate
=
ontstaan / voor het eerst voorkomen m.b.t. plaats / voor het eerst voorkomen
research fellow
=
wetenschapper
to recuperate
=
herstellen (gezondheid) / herstellen
self-determination
=
zelfbeschikking / het eigen baas zijn
to submerge in
=
onderdompelen
tapestry
=
wandkleed
tiles
=
tegel / dakpan
utopian
=
utopisch / onverwezenlijkbaar
assumption
=
veronderstelling
atrocities
=
wreedheden (vooral in de oorlog) / wreedheden
backward
=
achtergebleven / onderontwikkeld
bias
=
vooroordeel
concession
=
tegemoetkoming
discontent
=
ontevredenheid
to lobby
=
druk uitoefenen (op een politicus) / druk uitoefenen
omnipotence
=
almacht
plight
=
moeilijke en zielige situatie
to prevail
=
de boventoon voeren
to reckon with
=
rekening houden met
to resent
=
wrok koesteren / boos zijn over iets
shift
=
verandering
staunch
=
loyaal
zeal
=
ijver
academic content
=
leerinhoud
beneficiary
=
begunstigde
competence
=
bekwaamheid
to defy
=
uitdagen / niet gehoorzamen
to designate
=
bestempelen als
dogged
=
vasthoudend / hardnekkig
enrolment
=
inschrijving voor school
to expose
=
onthullen
to fend for
=
opkomen voor / opkomen voor jezelf
hallway
=
gang / hal
haphazard
=
ongeordend
immersion
=
onderdompeling
proficient
=
vaardig
to thrive
=
het goed doen
urge
=
sterke drang / behoefte
to waive
=
afzien van iets hoewel je er officieel recht op hebt
to wind up in
=
belanden in
overdraft
=
bankschuld
alien
=
vreemd
allowance
=
geld (regelmatig uitgekeerd geldbedrag) / geld
to confine
=
opsluiten in
to scrap
=
schrappen
unsettled
=
onzeker