NL
EN
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Engels
ThiemeMeulenhoff
Go for it!
1 t-havo-vwo
Go for it 1thv-Unit3
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Engels
Nederlands
frustrated
=
gefrustreerd
to calm down
=
kalmeren
darling
=
schat
accounts
=
boekhouding
tomorrow
=
morgen
downstairs
=
beneden
to need
=
nodig hebben
to blow up
=
ontploffen
fault
=
fout
to switch on
=
aanzetten
instructions
=
gebruiksaanwijzing
to install
=
installeren
to create
=
maken
brains
=
hersenen
mush
=
moes
magazine
=
tijdschrift
desk
=
bureau
sure
=
natuurlijk
to drive someone nuts
=
iemand gek maken
to sneak
=
sluipen
to breathe
=
ademhalen
to keep in mind
=
onthouden
to scream
=
schreeuwen
solution
=
oplossing
to turn into
=
worden
concern
=
bezorgdheid
to follow
=
volgen
to accuse
=
beschuldigen
decision
=
beslissing
fair
=
eerlijk
to realise
=
beseffen
reasonable
=
redelijk
responsible
=
verantwoordelijk
busted
=
betrapt
trust
=
vertrouwen
to do the dishes
=
de afwas doen
to appreciate
=
waarderen
schedule
=
schema
rubbish
=
afval
to stick to
=
je houden aan
to discuss
=
bespreken
punishment
=
straf
shower
=
douche
wallpaper
=
behang
sample
=
voorbeeld
paint
=
verf
attic
=
zolder
space
=
ruimte
guestroom
=
logeerkamer
furniture
=
meubilair
wardrobe
=
klerenkast
to decorate
=
schilderen en behangen
to sort out
=
uitzoeken
stuff
=
spul(len) / spul / spullen
to admit
=
toegeven
to draw
=
tekenen
plan
=
plattegrond
to move around
=
rondschuiven (met) / rondschuiven met / rondschuiven
household chores
=
huishoudelijke klusjes
to arrive
=
aankomen
to stay
=
logeren
a while
=
een tijdje
case
=
geval
together
=
samen
staff
=
personeel
instead of
=
in plaats van
scary
=
eng
especially
=
vooral
to tend to
=
de neiging hebben
to wind up
=
treiteren
question
=
vraag
brilliant
=
geweldig
treat
=
traktatie
cinema
=
bioscoop
to lose
=
verliezen
should
=
zou moeten
to mess up
=
ergens een potje van maken
to explain
=
uitleggen
fight
=
vechtpartij
angry with
=
boos op
to damage
=
beschadigen
to deal with
=
omgaan met
possible
=
mogelijk
to remember
=
herinneren
investigator
=
detective
to bend the rules
=
vrij omgaan met de regels
to ease up
=
minder streng zijn
to live in care
=
in een pleeggezin of kindertehuis wonen
lounge
=
zitkamer
social worker
=
maatschappelijk werker