Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • to agree = het eens zijn
  • bargain = koopje
  • cap = pet
  • change = wisselgeld
  • to cost = kosten
  • customer = klant
  • good-looking = knap
  • guy = kerel, vent
  • ill = ziek
  • jumper, sweater = trui
  • kid = grapjes maken
  • price tag = prijskaartje
  • receipt = bonnetje
  • to repeat = herhalen
  • sales assistant = verkoper, verkoopster
  • size = maat
  • special offer = speciale aanbieding
  • spot = stip, puist
  • stripe = streep
  • sunglasses = zonnebril