Engels : Nederlands dinosaur = dinosaurus divorced = gescheiden escape (to) = ontsnappen fancy (to) / feel like (to) = zin hebben in finally = uiteindelijk get on with (to) = goed kunnen opschieten met grab (to) = vastpakken grass = gras hedge = heg introduce (to) = introduceren join (to) = bij iemand komen keep - kept - kept (to) = houden neighbour = buurman, -vrouw normally = normaal gesproken reptile = reptiel scared = bang shame = jammer tank = bak welcome = welkom