Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • bath = bad
  • bathroom = badkamer
  • bed = bed
  • bedroom = slaapkamer
  • big = groot
  • chair = stoel
  • computer = computer
  • door = deur
  • downstairs = (naar) beneden
  • floor = vloer
  • garage = garage
  • garden = tuin
  • hall = hal
  • house = huis
  • in = in
  • kitchen = keuken
  • lamp = lamp
  • living room = woonkamer
  • new = nieuw
  • old = oud
  • on = op
  • picture (photo) = foto
  • plant = plant
  • shower = douche
  • small = klein
  • table = tafel
  • telephone = telefoon
  • television = televisie
  • toilet = wc
  • under = onder
  • upstairs = (naar) boven
  • wall = muur
  • window = raam