ensemble sinon sacrifier
moche / laid la curiosité les moyens
le mec la santé toucher
draguer commander désagréable
la preuve un avis une ambiance
le maquillage attacher emprunter (à)
emprunter à emprunter le peintre
opofferen, wijden / opofferen / wijden anders, zo niet / anders / zo niet samen
de middelen de nieuwsgierigheid, de bezienswaardigheid / de nieuwsgierigheid / de bezienswaardigheid lelijk
raken, botsen / raken / botsen de gezondheid de gozer, de vent / de gozer / de vent
onaangenaam, vervelend / onaangenaam / vervelend bestellen versieren
een sfeer een mening het bewijs
lenen (van) hechten de make-up
de schilder lenen lenen van