Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • trousers = (lange)broek
  • jacket = jasje/colbert
  • splendid/magnificent/marvellous = schitterend
  • suit = pak/kostuum
  • tie = stropdas
  • shorts = korte broek
  • jeans = spijkerbroek
  • pyjamas = pyjama
  • scissors = schaar
  • trainers = sportschoenen
  • silk = zijde
  • cotton = katoen
  • to dye = verven (van kleding en haar)
  • underwear = ondergoed
  • to sell = verkopen
  • swimsuit = badpak
  • swimming trunks = zwembroek
  • menswear = herenkleding
  • womenswear = dameskleding
  • jewel = juweel
  • diamond = diamant
  • jeweller = juwelier
  • bracelet = armband
  • necklace = halsketting
  • earring = oorbel/oorring
  • to surprise = verrassen
  • surprise = verrassing