Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Frans Nederlands
  • provisoire = voorlopig
  • le HLM (habitation à loyer modéré) = de goedkope huurflat
  • les coûts (m pl) = de kosten
  • le mineur = de minderjarige
  • la perturbation = de (ver)storing
  • l’heure de pointe (f) = de spits
  • l’évasion (f) = de ontsnapping
  • être censé = geacht worden te
  • figé = vast / versteend
  • la maladresse = de onhandigheid
  • la rançon = het losgeld
  • bricoler = knutselen
  • la pellicule = de film / het fotorolletje
  • pêcher = vissen
  • numérique = digitaal
  • le crépuscule = de schemering
  • d’ailleurs = trouwens
  • aigre = schril / doordringend
  • soulever = heffen / tillen
  • la mesure = de maatregel
  • le conte de fées = het sprookje
  • léger = licht
  • les débris (m pl) = de brokstukken / het puin
  • avoir pitié de = medelijden hebben met
  • le courant = de stroming
  • l’embarcation (f) = het bootje
  • la joie = de vreugde
  • la paupière = het ooglid
  • l’ampleur (f) = de omvang
  • flotter = drijven
  • la scène = het toneel / podium
  • les coulisses (f pl) = de coulissen
  • assister à = bijwonen
  • la pièce de théâtre = het toneelstuk
  • la distribution = de rolverdeling
  • la lumière = het licht
  • applaudir = applaudisseren
  • le rideau = het gordijn
  • l’entracte (m) = de pauze
  • le son = het geluid