Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • to be active = actief zijn
  • to cool down = afkoelen
  • to move = bewegen
  • to bend = buigen
  • to score a goal = een doelpunt scoren
  • to lift weights = gewichtheffen
  • to get down = jezelf laten zakken
  • to pull yourself up = jezelf optrekken
  • waist = middel
  • exercise = oefening
  • to warm up = opwarmen
  • regularly = regelmatig
  • practice = training
  • trick = truc
  • to win = winnen
  • Can you share your workout schedule with us? = Kun je je trainingsschema delen met ons?
  • Could you explain what keeps you motivated? = Kun je uitleggen waardoor je gemotiveerd blijft?
  • Finally, do 30 push-ups. = Tot slot druk je jezelf 30 keer op.
  • I go on a run with my dad every other day. = Ik ga om de dag hardlopen met mijn vader.
  • I make a balanced schedule for all my sports. = Ik maak een evenwichtige planning voor al mijn sporten.
  • I never skip a workout, because I want to become a professional athlete. = Ik sla nooit een training over, omdat ik een professionele atleet wil worden.
  • I try to get 8 hours of sleep every night. = Ik probeer elke nacht 8 uur slaap te krijgen.
  • My whole family are sport fanatics. = Mijn hele familie zijn sportfanaten.
  • Next, stretch your arms out to your sides and make small circles. = Daarna strek je je armen zijwaarts en maak je kleine cirkels.
  • Repeat this movement 20 times. = Herhaal deze beweging 20 keer.
  • Sundays are for resting and hanging out with friends. = De zondagen zijn om te rusten en tijd door te brengen met vrienden.
  • The main reason I started my vlog is that there’s no gym nearby. = De belangrijkste reden dat ik met mijn vlog ben begonnen is dat er geen sportschool in de buurt is.
  • Then swing one leg back and forth. = Slinger dan een been heen en weer.
  • There’s no better feeling than running along the harbour together. = Er is geen beter gevoel dan samen langs de haven rennen.
  • We’re thinking of going to the mountains next weekend. = We denken eraan om volgend weekend naar de bergen te gaan.
  • What inspired you to get into sports? = Wat heeft je geïnspireerd om te gaan sporten?
  • What’s the reason that you started a YouTube channel? = Wat is de reden dat je een YouTube-kanaal bent begonnen?
  • That’s why I want to help others work out. = Dat is waarom ik anderen wil helpen met trainen.
  • First, squat down with raised arms. = Eerst zak je door je knieën met je armen omhoog.