Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • achieve = bereiken
  • wallet = portemonnee
  • danger = gevaar
  • invest = investeren
  • rich = rijk
  • waste = verspillen
  • price = prijs
  • discount = korting
  • exchange rate = wisselkoers
  • check = controleren
  • bargain = koopje
  • work experience = werkervaring
  • pet sitting = dierenoppas
  • permission = toestemming
  • flyer = folder
  • garden = tuin
  • subject = onderwerp
  • furniture = meubelen
  • feed = eten geven
  • customer = klant
  • alone = alleen
  • fight = vechten
  • possible = mogelijk
  • earn = verdienen
  • ernormous = enorm
  • aim = als doel hebben
  • collection = collecte
  • bucket = emmer
  • provide = geven
  • toiletries = toiletartikelen
  • act = reageren
  • try = proberen
  • reduce = verminderen
  • law = wet
  • punish = straffen
  • allowed = toegestaan
  • school term = schoolweken
  • including = inclusief
  • except = behalve
  • waitressing = bediening
  • domestic help = hulp in de huishouding
  • application form = aanvraagformulier
  • work permit = werkvergunning
  • hourly rate = uurloon