Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Engels Nederlands
  • bad = slecht
  • beautiful = mooi
  • inside = binnen
  • outside = buiten
  • curly = krullend
  • downstairs = beneden
  • fat = dik
  • have got = hebben
  • the curtain = het gordijn
  • near = vlakbij
  • old = oud
  • on = aan / op
  • slim = slank
  • straight = steil
  • the bath = het bad
  • the bathroom = de badkamer
  • the beard = de baard
  • the bedroom = de slaapkamer
  • the bike = de fiets
  • the body = het lichaam
  • the bookcase = de boekenkast
  • the box = de doos
  • the centre = het centrum
  • the chair = de stoel
  • the desk = het bureau
  • the eyes = de ogen
  • the finger = vinger
  • the floor = de vloer
  • the flower = de bloem
  • the foot = voet
  • the garden = de tuin
  • the glasses = de bril
  • the hair = het haar
  • the house = het huis
  • the kitchen = de keuken
  • the leg = het been
  • the lips = de lippen
  • the living room = de woonkamer
  • the mouth = de mond
  • the nose = de neus
  • the painting = het schilderij
  • the people = de mensen
  • the room = de kamer
  • the shelf = de plank
  • the shower = de douche
  • the skin = de huid
  • the sofa = de bank
  • the table = de tafel
  • the toilet = de wc
  • the tooth = de tand
  • the tree = de boom
  • the wall = de muur
  • the wardrobe = de kledingkast
  • the window = het raam
  • thin = dun
  • to look = eruitzien
  • to try = proberen
  • to wear = dragen
  • ugly = lelijk
  • under = onder
  • upstairs = boven
  • young = jong