la confidence taquiner silencieux
offert intimidé flamand
incompréhensible mystérieux je teignais
déçu la colère contradictoire
l’inquiétude la prudence la curiosité
le dégoût l’indifférence l’espoir
le regret le soulagement l’impatience
la déception la belle-mère l’enfer
l’intrus la cohabitation le doute
stil plagen de ontboezeming
Vlaams geïntimideerd aangeboden / gegeven
ik verfde / ik kleurde geheimzinnig onbegrijpelijk
tegenstrijdig de woede teleurgesteld
de nieuwsgierigheid de voorzichtigheid de ongerustheid
de hoop de onverschilligheid de afkeer / de walging
het ongeduld de opluchting de spijt
de hel de stiefmoeder de teleurstelling
de twijfel het samenwonen de indringer
la société expliquer le beau-père
se remarier attentionné la tension
séparé refaire sa vie la réprimande
la remarque le canapé obéir
cohabiter la séparation l’explication
exposer interroger avoir le trac
se préparer gratuit l’appareil-photo
offrir remettre l’empêchement
réviser entendu l’avis
de stiefvader verklaren / uitleggen / uitleggen de maatschappij
de spanning vol aandacht hertrouwen
het standje een nieuw leven beginnen gescheiden / uit elkaar
gehoorzamen de bank de opmerking
de uitleg / de verklaring de scheiding samenwonen
zenuwachtig zijn ondervragen tentoonstellen
het fototoestel gratis zich voorbereiden
de verhindering uitstellen aanbieden
de mening afgesproken herhalen / opnieuw bestuderen
sous-titré taper le collectionneur
célèbre puissant la réputation
fournir le fou on rit
plus on est de fous, plus on rit amener n’importe quel
l’époque muet muette
volontiers le permis de conduire réussir
enrhumé ce n’est pas la peine à tes souhaits
vivement
de verzamelaar intoetsen ondertiteld
de reputatie machtig beroemd
men lacht de dwaas / de gek leveren
het doet er niet toe welke / onverschillig welke meenemen hoe meer zielen, hoe meer vreugd
stom (v) stom (m) het tijdperk
slagen het rijbewijs graag
op je gezondheid dat is niet nodig verkouden
was het maar vast