Frans : Nederlands métallique = van metaal construire = bouwen panoramique = panoramisch le travail = het werk le bureau = het kantoor la galerie = de galerij, het balkon / de galerij / het balkon superbe = schitterend le buffet = het buffet flâner = flaneren, slenteren / flaneren / slenteren s'amuser = zich vermaken passer un film = een film vertonen le moment = het moment le point de départ = het vertrekpunt, de start / het vertrekpunt / de start la documentation = de documentatie, de folders / de documentatie / de folders