Spaans : Nederlands la extinción = het uitsterven colorado = rood fue nombrado = werd uitgeroepen fue elegido = werd verkozen tot llamar la atención = de aandacht vestigen op la atención = de aandacht húmedo = vochtig en la actualidad = tegenwoordig invernar = overwinteren el peligro = het gevaar el humedal = het natte natuurgebied la pérdida = het verlies descontrolado = ongecontroleerd la disminución = de afname el rebeco = de gems a mediados de = halverwege pardo = bruin el urogallo = de auerhaan la introducción = de introductie regresar = terugkeren la cría = het jong el apadrinamiento = het beschermen repoblar = het herintroduceren la pluma = de veer el pico = de snavel pescar = vissen la roca = de rots censado = officieel geteld ibérico = Iberisch puntiagudo = puntig la barba = de baard alargado = langgerekt el lado = de kant la mancha = de vlek alejado = ver verwijderd alimentar = voeden el conejo = het konijn reducir = verminderen la escasez = de schaarste el tendido eléctrico = de hoogspanningskabel el veneno = het gif la rata = de rat el topillo = de woelmuis acechar / amenazar = bedreigen