Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Frans Nederlands
  • Qu'est-ce que vous prenez? = Wat wilt u bestellen?
  • Je prends du poulet = Ik neem kip
  • Et comme boisson? = En als drankje?
  • Un Coca s'il vous plaît = Een Cola alstublieft
  • L'entrée = Het voorgerecht
  • Le plat principal = Hethoofdgerecht
  • Le dessert = Het nagerecht
  • L'assiette = Het bord
  • Le couvert = Het bestek
  • La nappe = Het tafelkleed
  • Le couteau = Het mes
  • La cuillère = De lepel
  • La fourchette = De vork
  • Le verre = Het glas
  • Le pain = Het brood
  • La salade = De salade
  • Les tomates = De tomaten
  • Les crêpes = De pannenkoeken
  • Les lasagnes = De lasagne
  • Le poulet = De kip
  • Le poisson = De vis
  • Les pommes de terre = De aardappels
  • Les pommes frites = De friet
  • Le fromage = De kaas
  • Le yaourt = De yoghurt
  • La tarte = De taart
  • Les fruits = Het fruit
  • Le lait = De melk
  • L'eau = Het water
  • La limonade = Limonade
  • Le Coca = Cola
  • Le café = Koffie
  • Le thé = Thee