Wozzol

Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.

  • Frans Nederlands
  • louer = huren
  • cet après-midi = vanmiddag
  • ça dépend = dat hangt ervan af
  • le permis = de vergunning
  • au moins = minstens
  • le dépliant = de folder
  • ne … aucun(e) = geen enkel
  • montrer = laten zien
  • la carte d'identité = het identiteitsbewijs
  • laisser = achterlaten, laten liggen
  • aujourd'hui = vandaag
  • de toute façon = in elk geval
  • épeler = spellen
  • la caution = de borgsom
  • rapporter = terugbrengen
  • la possibilité = de mogelijkheid
  • signer = ondertekenen
  • ne … pas non plus = ook niet
  • puis = vervolgens / daarna
  • tout à l’heure = straks
  • adorable = schattig
  • l’animal (m) = de dieren / het dier
  • allons-y = laten we gaan
  • oublier = vergeten
  • l’argent (m) = het geld
  • tu veux dire = je bedoelt