la buvette
|
la voie
|
J’ai pas envie!, Je n’ai pas envie!
|
j’ai oublié
|
en calcul
|
se lever tôt
|
il fait froid
|
avant le repas
|
deux heures de colle
|
monter le son
|
comme d’habitude
|
fêter
|
avoir le temps
|
tous les week-ends
|
jusqu’à
|
nul / nulle
|
une surprise
|
les gars
|
franchement
|
être bavard
|
Vous connaissez?
|
l’intersection
|
sûr
|
la piscine municipale
|
le petit-déjeuner
|
un cochon
|
un singe
|
Ik heb geen zin!
|
de richting
|
de bar
|
vroeg opstaan
|
in rekenen
|
ik ben vergeten / ik heb vergeten
|
twee uur nablijven
|
voor het eten / voor de maaltijd
|
het is koud / het is koud weer
|
vieren
|
zoals gewoonlijk
|
het geluid harder zetten
|
tot aan
|
ieder weekend / elk weekend
|
de tijd hebben
|
de jongens
|
een verrassing
|
zeer slecht
|
Kent u? / Kennen jullie?
|
praatziek zijn / een kletskous zijn
|
eerlijk gezegd
|
het gemeentelijk zwembad
|
zeker
|
de kruising / het kruispunt
|
een aap
|
een varken
|
het ontbijt
|
de openingstijden
|
een slak
|
Hoepel op!
|
iedere / elke
|
ik weet het / ik weet
|
Kom je? / Kom jij?
|
We gaan naar Louis thuis. / We gaan naar Louis.
|
de middelbare school (bovenbouw) / de middelbare school / bovenbouw van de middelbare school
|
het was
|
|
|
Vanaf jouw huis?
|