NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Frans
Malmberg
D'accord3
2vwo
2vwo-H2-NF-expressions
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Frans
Nederlands
Que faites-vous le samedi et le dimanche?
=
Wat doen jullie op zaterdag en zondag?
En général, nous faisons du sport.
=
Meestal sporten wij.
Êtes-vous inscrits dans un club de sport?
=
Zijn jullie lid van een sportclub?
Oui, nous sommes inscrits dans un club.
=
Ja, wij zijn lid van een club.
Oui, nous sommes inscrits dans le club A.
=
Ja, wij zijn lid van een club A.
Quel sport y pratiquez-vous?
=
Wat voor sport doen jullie daar?
Nous y pratiquons le football.
=
Wij voetballen daar.
Nous y pratiquons le handball.
=
Wij handballen daar.
Nous y pratiquons le tennis.
=
Wij tennissen daar.
Comment se passent les séances d’entraînement?
=
Hoe verlopen de trainingen?
D’abord, il y a l’échauffement.
=
Eerst is er een warming-up.
Puis, on fait des exercices techniques et physiques.
=
Dan doen we techniek- en conditietraining.
Finalement, on joue une partie.
=
Tenslotte spelen we een partij / een wedstrijdje.
Je fais du foot.
=
Ik voetbal.
Je fais du hockey.
=
Ik hockey.
Je fais du basket.
=
Ik basketbal.
Je fais du judo.
=
Ik judo.
Je fais du tennis.
=
Ik tennis.
Je fais du handball.
=
Ik handbal.
Je fais du patinage.
=
Ik schaats.
Je fais de la natation.
=
Ik zwem.
Je fais de la plongée.
=
Ik duik.
Je joue aux échecs.
=
Ik schaak.
Je joue aux dames.
=
Ik dam.
Quels sont tes hobbies? / Quelles sont tes passions?
=
Wat zijn je hobby’s?
Mes passions sont le sport.
=
Mijn hobby’s zijn sport.
Mes passions sont la danse.
=
Mijn hobby’s zijn dansen.
Mes passions sont la musique.
=
Mijn hobby’s zijn muziek.
Mes passions sont la lecture.
=
Mijn hobby’s zijn lezen.
Mes passions sont le shopping.
=
Mijn hobby’s zijn winkelen.
Mes passions sont les jeux vidéo.
=
Mijn hobby’s zijn videospelletjes.