s’étendre l’explorateur rocheux
le sirop d’érable une cabane un bâton
la lutte un feu intervenir
éteindre le tour du monde terminer
être originaire de il y a cinq mois s’installer à
le petit job la serveuse bilingue
manquer évidemment se plaindre
un avantage à taille moyenne au niveau de
sainement les nuages les éclaircies
rotsachtig de ontdekkingsreiziger zich uitstrekken
een stok een hut de ahornsiroop
in actie komen een brand de strijd
eindigen de wereldreis blussen
zich vestigen in vijf maanden geleden afkomstig zijn uit
tweetalig de serveerster het bijbaantje
klagen uiteraard missen
wat betreft middelgroot een voordeel
de opklaringen de wolken gezond
la pluie le vent bronzer
l’environnement devoir quelque chose à quelqu’un un client
se cacher grimper tuer
une dizaine un millier imperméable
éclairé fatigué la distance
le clair de lune se réchauffer
bruin worden de wind de regen
een klant iemand iets schuldig zijn het milieu
doden klimmen zich verstoppen
waterdicht een duizendtal een tiental
de afstand moe verlicht
zich opwarmen de maneschijn