NL
EN
FR
DE
ES
IT
inloggen
Woordjes leren
Tips
Werkwijze
Starten
Wozzol
Tips
Werkwijze
Over
Gratis en premium
Wozzol voor scholen
Nieuws
Hoe kan Wozzol je helpen?
Start direct!
Woordjes leren
Teksten leren
Plaatjes leren
Standaard woordenlijsten
Uitleg
Instructievideo’s
Veelgestelde vragen
Artikelen
Wil je meer weten over woordjes leren in een vreemde taal. Laat het ons weten
Neem contact op
Woordenlijst
Woordenlijsten
Latijn
Bardoul
Caesar
VWO - Leerjaar 1 - Deel 1 - 2e editie
Hoofdstuk 24 - Hic, iste, ille en ipse
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Acties
Lijst openen om te leren
Print de lijst als
flashcards
Lijst exporteren als tekstbestand
Start kamelenrace
Latijn
Nederlands
imminēre, imminui + dat
=
(be)dreigen
paupertas, paupertatis
=
armoede
ille, illa, illud (1) / iste, ista, istud (1)
=
die, dat
ille, illa, illud (2) / hic, haec, hoc (2) / iste, ista, istud (2)
=
hij, zij, het
hic, haec, hoc (1)
=
deze, dit
cognoscěre, cognovi, cognitus (1)
=
leren kennen
cognoscěre, cognovi, cognitus (2) / accipěre i/e, accepi, acceptus (2)
=
vernemen
pauper, pauperis (BN)
=
arm
suus (verwijst naar OW in zin)
=
zijn/haar/hun eigen
censēre, censui, census
=
menen
ipse, ipsa, ipsum
=
zelf
liber, libera, liberum
=
vrij
mulier, mulieris
=
vrouw
cavěre, cavi + acc
=
oppassen voor
epistula
=
brief
ordo, ordinis (1)
=
rij
ordo, ordinis (2)
=
rang
preměre, pressi, pressus (1)
=
drukken
preměre, pressi, pressus (2)
=
in het nauw brengen
accipěre i/e, accepi, acceptus (1)
=
ontvangen
victor, victoris
=
overwinnaar
convenire, conveni, conventus
=
samenkomen
iudicium (1)
=
proces
iudicium (2)
=
oordeel