Nederlands : Nederlands het antibioticum = medicijn om bacteriën te doden beschikbaar = vrij om te gebruiken of te krijgen consumeren = opeten of opdrinken, nuttigen economisch = wat te maken heeft met geld of handel exclusief = 1 heel bijzonder en daardoor duur; 2 uitsluitend garanderen = zekerheid geven, verzekeren huidig = van dit moment, tegenwoordig investeren = geld geven om een nieuw product mogelijk te maken de karrenvracht = 1 lading die op een kar past; 2 veel, heel veel overgaan op iets nieuws = iets anders gaan gebruiken overigens = trouwens produceren = maken, vaak in een fabriek rendabel = lonend, winstgevend, geld opleverend resistent = immuun, bestand tegen tellen = 1 getallen in een volgorde noemen; 2 bevatten de vegetariër = iemand die geen vlees of vis eet verlossen van = uit een nare situatie bevrijden vurig hopen = heel erg hopen er schuilt een addertje onder het gras = alles lijkt in orde te zijn, maar als je goed oplet, zie je dat er een probleem is bar = afschuwelijk, akelig financieren = geld leveren voor aan elkaars genade overgeleverd = van elkaar afhankelijk (om te overleven) hoogopgeleid = met één of meer moeilijke opleidingen internationaal = als het verschillende landen betreft nationaal = als het één land betreft omkomen = sterven, doodgaan de samenleving = maatschappij geen schijn van kans = verloren, kansloos verhaspelen = door elkaar halen vermoedelijk = waarschijnlijk verrijzen = gebouwd worden