de ziekelijke angst
|
heel erg, uitzonderlijk
|
de reden, de oorzaak
|
een bepaalde indruk geven
|
ondertussen
|
toch, namelijk
|
maken
|
zenuwachtig
|
1 sterk, hecht; 2 heel smal; 3 precies
|
de angst
|
zorgen dat het niet gebeurt
|
uitzonderlijk, waar er maar één van is
|
het maakt je bang
|
jaloers
|
zo gauw als
|
vereerd, trots
|
voelen, beleven, meemaken
|
dat zijn doel bereikt
|
kijken of het klopt, controleren
|
ook al
|
stralend glimlachen
|
zonder na te denken, zoals het in je opkomt
|
doen alsof het er niet is
|
het kind, het nageslacht
|
|
niet doen, niet accepteren
|
1 het kunnen van iets, de kracht; 2 het geldbedrag, de waarde
|