Nederlands : Nederlands de concentratie = aandacht voor één ding zich concentreren op = de aandacht naar één punt brengen de grijns = grote en spottende glimlach het op iemand gemunt hebben = iemand of iets als doel hebben voor iets slechts mijden = zorgen dat je iets of iemand niet ziet of niet ontmoet omslachtig = ingewikkeld en lang als het ook eenvoudig en kort kan opleveren = als resultaat hebben de reflex = automatische reactie van het lichaam het rumoer = lawaai van veel mensen die tegelijk praten de spot drijven met = iemand belachelijk maken ten koste van = in het nadeel van het voorval = onverwachte of ongewone gebeurtenis zich afsluiten van = zich afzonderen van aansporen = met nadruk vragen iets te doen belemmeren = zorgen dat iets of iemand niet verder kan beweren = iets zeggen zonder dat het bewezen is combineren = losse dingen bij elkaar brengen tot iets nieuws het commentaar = opmerking als reactie op iets constateren = vaststellen / merken dat iets zo is efficiënt = zodat iets het beste resultaat heeft goedpraten = iets verkeerds zó vertellen dat je er niets kwaads meer in ziet immers = toch stimuleren = zorgen dat iemand iets leuk gaat vinden of dat iets gaat gebeuren toelichten = duidelijk maken wat de bedoeling is vinnig = fel en onaardig