- Nederlands Nederlands
- afzonderlijk = elk apart
- anatomie, de = bouw van het lichaam
- creëren = maken, scheppen
- eigentijds = modern
- fair trade = gemaakt met een eerlijke prijs voor de producenten
- inspireren = iemand goede ideeën geven
- obstakel, het = hindernis, moeilijkheid
- omzeilen = uit de weg gaan, ontlopen
- schroot, het = afval van ijzer
- uitroeien = doen verdwijnen