Nederlands : Nederlands gegevens, de = informatie systeem, het = manier waarop iets is opgezet of georganiseerd effect, het = gevolg van iets stellen = zeggen dat het zo is bepaald = waarvan duidelijk is om wie of wat het gaat formulier, het = voorbedrukt document waarop je iets moet invullen vaardigheid, de = iets wat je goed of snel kunt advertentie, de = tekst waarin je iets aanbiedt of aankondigt aandacht trekken = ervoor zorgen dat iets opvalt aankondigen = bekendmaken