Zijn hielen lichten. Iemand verwijten naar het hoofd slingeren. Zijn hart aan iets ophalen.
Iemand tegen de haren in strijken. Op de schop gaan. Dat stuit mij tegen de borst.
Hij is een blok aan het been. Zijn neus voor iemand of iets ophalen. Iemand stroop om de mond smeren.
Het op zijn heupen hebben. Een gedaanteverwisseling. Een percentage van de opbrengst van iets.
Een sterretje als teken om te verwijzen. teloorgang Een stad met zijn voorsteden.
Iets wat je van nature hebt. Een onbeduidende / onbelangrijke kwestie. Een ongeboren vrucht.
Het totale werk van bv. een schrijver. Het overnemen van werk (bv. tekst) van een ander. drastische
gedeprimeerd invitatie het reçu
acclimatiseren claustrofobie jobstijding
aantijging veinzen abusievelijk
Ergens graag mee bezig zijn. Kritiek leveren. Weglopen / weggaan.
Iets afkeuren. Bewerkt, overhoopgehaald, veranderd worden. Iemand irriteren.
Aardig doen om iets voor elkaar te krijgen. Iemand of iets te min vinden. Iemand die je handelen of functioneren belemmert.
royalty metamorfose Hard bezig zijn (positief) / humeurig zijn (negatief).
agglomeratie ondergang asterisk
foetus futiliteit gave
krachtige en snelwerkende plagiaat oeuvre
het ontvangstbewijs uitnodiging terneergeslagen / somber
het ongeluksbericht angst voor afgesloten ruimtes wennen aan klimaat en omgeving
per ongeluk doen alsof valse beschuldiging