no, gracias
nee, dank je
es hermoso
het is prachtig
Llegamos por el camino del oeste.
We zijn via de westelijke weg aangekomen.
Volveré por las fiestas.
Ik zal rond de feestdagen terugkomen.
Debe estar por llegar a casa.
Hij moet zo meteen thuis komen.
dar la vida por la patria
het leven geven voor het vaderland
El despido fue firmado por el gerente.
Het ontslag werd door de directeur ondertekend.
Voy a por los niños al colegio.
Ik ga naar school om de kinderen op te halen.
chili con carne
chilisaus met vlees
Es bueno para la carpintería.
Hij goed in timmeren.
Traigo juguetes para el niño.
Ik neem speelgoed voor het kind mee.
Fue para casa de sus primos.
Hij ging naar het huis van zijn neven.
La vista es imponente pero el viaje es largo.
Het uitzicht is indrukwekkend maar de reis is lang
si me mejoro, iré mañana al colegio.
als ik beter word, ga ik morgen naar school.
Hizo el bien a su familia.
Hij heeft zijn familie goed gedaan.
eso lo dijiste tú.
dat heb jij gezegd.
¿yo soy el padre?
ben ik de vader?
sí, de hecho
ja, inderdaad